donderdag 8 januari 2009

Dinsdag 30 december - woensdag 31 december: Copacabana - Puno - Arequipa

We gaan dinsdag en niet maandag weg om maandag nog naar het postkantoor te kunnen gaan met Justo, de hotelbaas. We willen dan zeker maken dat de dame van het postkantoor de 2 pakjes die naar Copacabana worden gestuurd - en die langer wegblijven dan gedacht - niet terugstuurt, maar aan de hotelbaas afgeeft zodat we ze daar een week later als we in Arequipa zijn geweest, kunnen ophalen. Het is een heel klein kantoortje, waar je als je een postzegel koopt, met gepast geld moet betalen; er is geen wisselgeld. Helaas is het postkantoor dicht, de dame is naar La Paz (de post ophalen?). Dinsdagmorgen zullen we weer gaan. Dan is echter onverwachts Justo ook naar La Paz. We vinden een alternatieve Engels-Spaans spreker: Aldolfo van hotel Rosario, het hotel via welke we de gids die ons op Isla del Sol gidste kennen. Hij is bereid mee te gaan. Maar ook nu is de dame er niet, hoewel het postkantoortje open is. Later op de ochtend als Kees en ik het nog een keer proberen, komt de dame juist aangelopen om het postkantoor te sluiten. We geven haar een kopie van de machtiging dat Justo de pakjes kan aannemen. We maken ook een kopie van de machtiging voor Aldolfo, omdat die nog een andere oplossing weet: laat het pakje dat Mark met FedEx heeft gestuurd door Rosario in La Paz afhalen. Zij hebben goede connecties met FedEx en dagelijks is er een bus van hotel Rosario van La Paz naar hotel Rosario Copacabana. Hoewel FedEx dit officieel niet wil doen (Mark vraagt hen het adres te wijzigen) zal dit later toch de juiste weg blijken te zijn.
Zo is ook de dinsdagmorgen gevuld en we kunnen nog net de rugzakken in het hotel ophalen en een snelle lunch nemen voordat de bus om half twee vertrekt voor een drie uur durende reis.

Het is de bus naar Puno, aan de Noordkant van het meer, in Peru. We passeren al een kwartier na vertrek de grens: alles gaat goed en snel. We rijden met de bus ongeveer het hele eind langs het Titicaca meer: mooi omdat nu vanuit de landkant uitvoerig te zien. We zien het Isla del Sol en het piepkleine eilandje daar vlak voor nu heel goed liggen. In de Aymara taal heet het druppeltje.
Overal is akkerbouw en veeteelt. Het is een vrij brede delta, aan de Boliviaanse kant komen de rotsen bijna direct in het meer. En we komen langs het enige stuk waar volgens de gids irrigatie is (overal elders volstaat men met de terrasbouw). Dat is goed te zien: de gewassen staan veel hoger dan we op het Isla del Sol hebben gezien.

Het is een prachtige tocht en eind van de middag lopen we door Puno: het plein met de kerk, de winkelstraatjes en de markt. Mooi om te verblijven en vandaaruit de bekende “floating islands” in het meer te gaan zien. We besluiten echter bij een kopje koffie dat niet te doen, maar ons te focussen op Arequipa en de Colca-canyon daar. We schakelen, gaan gauw nog een buskaartje kopen en de volgende dag vroeg zijn we op weg naar Arequipa.
Wij dachten dat dat een paar uur zou duren en we voornamelijk zouden dalen. Maar dat is helemaal niet zo. We gaan nog zeker twee hoge bergruggen over – hoogste punt 4720m – en de tocht duurt ruim 6 uur. Het is een fantastische natuur die we te zien krijgen: heel kaal, hoog en droog. We zien op grote hoogte nog een mooi meer, dat dus nog hoger ligt dan lake Titicaca dat als het hoogste zoet water meer ter wereld bekend staat. Dit meer is wel stukken kleiner, lake Titicaca is bijna zo groot als half Nederland.


We zien ook prachtige dorpen met marktkooplieden onderweg



Eind van de woensdagmiddag komen we in Arequipa aan en vinden snel ons hotel.

Geen opmerkingen: